Openen en sluiten van het deksel, Invriezen, Verpakking en plaats – Zanussi ZA 30 S-FF Benutzerhandbuch

Seite 9: Invrieskapaciteit, Test-instituten, Algemeen advies, Ondooien

Advertising
background image

17

De inwendige temperatuur is in zekere mate afhandelijk van:

de omgevingstemperatuur,
de hoveelheid opgeslagen lervensmiddelen en,
hoe vaak en hoe lang het deksel geopend wordt.

De korrekte instelling van de thermostaat kunt u vindern door

gedurende een etmaal de temperatuur tussen de pakketten

te meten. Gebruik daar een diepvriesthermometer.(geen

kwik) voor en lees snel af. -18°C is een veilige waarde.

Panelen 1, 2, 3, 4 en 5

Bij de modellen uitgerust met één van deze panelen licht het

kontrôlelampje (E) op als de inwendige temperatuur gelijk is

aan die welke door middel van de thermostaat ingesteld

werd. Wordt de temperatuur hoger, dan gaat het lampje uit.

Panelen 6 en 7

Bij de modellen uitgerust met één van deze panelen licht het

kontrôlelampje (F) op als de inwendige temperatuur gelijk is

aan die welke door middel van de thermostaatingesteld werd.

Wordt de temperatuur hoger, dan gaat het lampje knipperen.

Panelen 7 en 8

Deze modellen zijn uitgerust met een akoustisch alarm, wat

pieptoontjes laat horen in het ritme van het kniperende

lampje. De pieptoontjes kunnen gestopt worden door op knop

(J) te drukken; het lampje blijft echter knipperen tot de

inwendige temperatuur gelijk aan de ingestelde temperatuur

geworden is.

Paneel 8

Bij modellen welke met dit paneel uitgerust zijn licht het

lichtnet-kontrôlelampje (E) op als de diepvriezer

ingeschakeld is. Het waarschuwingslampje in knop (J) gaat

uit zodra de inwendige temperatuur gelijk aan de ingestelde

temperatuur geworden is. Wordt de inwendige temperatuur

hoger dan de ingestelde temperatuur, dan gaat het lampje

knipperen. Oorzaken voor deze waarschumng kunnen zijn:

Laden van een te grote hoeveelheid verse

levensmiddelen.
Het deksel heeft erg lang open gestaan.
Het koelsysteem is defekt.

Modellen met een verschuifbaar venster (H):
Om het venster te kunnen verschuiven drukt u in de richting

van de pijl.

OPENEN EN SLUITEN VAN HET DEKSEL

Het deksel is van een zeer goede sluitband voorzien,

waardoor onnodige rijpvorming door het binnendringen van

buitenlucht voorkomen wordt.

Zodra het deksel geopend wordt, wordt de koude lucht in de

diepvriezer iets verwarmd en zet daardoor uit.

Na het wederom sluiten van het deksel wordt de lucht n de

diepvriezer onmiddellijk weer kouder en krimpt.

Zodoende kan het deksel direkt na het sluiten moeilijk

geopend worden.

Dat is een natuurlijk verschlijnsel en tevens een bewijs voor

een goede afdichting.

Een tot twee minuten na het sluiten zijn binnen- en buitendruk

weer aan elkaar gelijk en kan het deksel gemakkkelijk

geopend worden.

Even geduld dus, want de dekselgreep kan breken als u daar

met teveel kracht aan trekt.

INVRIEZEN

Het is belangrijk dat verse levensmiddelen zo snel mogelijk

ingevroren worden en dat tijdens het invriezen de reeds

aanwezige levensmiddelen diepgevroren blijven.

Invriezen van méér dan 3 tot 4 kg:

Draai de thermostaatknop op de stand SUPER, of,

indien uitgerust met de toets (G), druk de toets 6 tot 24

uur vóór u gaat invriezen in de stand SUPER,

afhankelijk van de in te vriezen hoeveelheid.

Deze instelling zorgt ervoor dat de temperatuur in de

diepvriezer sterk daalt, waardoor koudereserve in de

reeds aanwezige levensmiddelen gewaarborgd wordt.
Laat, vanaf het moment dat u de in te vriezen

levensmiddelen geladen hebt, de diepvriezer nogeens

24 uur n de stand SUPER werken.
Draai of schkel na deze invriesperiode terug naar de

normale werkstand.

VERPAKKING EN PLAATS

De te laden levensmiddelen mogen niet warmer dan

kamertemperatuur zijn.
De levensmiddelen moeten goed verpakt zijn, in

daarvoor bestemde diepvrieszakken of -dozen. Dat

voorkomt uitdrogen.
Plaats de in te vriezen levensmiddelen zo dicht

mogelijk bij of tegen de vriezende wanden en zo

mogelijk van reeds aanwezige diepgevroren

levensmiddelen.
Houd de bovenkant van de bovenste pakketten

tenminste 5 mm beneden de bovenkant van de

binnenwanden.
Plaats nooit flessen in de diepvriezer; zij kunnen breken

omdat de vloeistof bevriest en zodoende uitzet.

INVRIESKAPACITEIT

Hoeveel kilogram de diepvriezer in een periode van 24 uur

maximaal kan invriezen, staat op het typeplaatje (figuur C)

aangegeven.

Dit maximum mag niet overschreden worden, omdat de

benodigde invriestijd dan te lang wordt. De aangegeven

maximale hoeveelheid kan volledige benut worden indien

het invriezen af en toe plaats vindt, dus niet in

achtereenvolgende dagen.

Wordt dagelijks ingevroren, dan is de maximaal

toegestane hoeveelheid éénderde (1/3) minder dan staat

aangegeven.

TEST-INSTITUTEN

Deze diepvriezer werd getest onder de omstandigheden

zoals deze voorgeschreven zijn in de betreffende ISO-

standaard.

Met name de invrieskapaciteit en de opwarmtijd tijdens

energiestoring zijn daaruit afgeleid.

Op aanvraag verstrekt de fabrikant het betreffende

beladingsschema. Alleen voor instituten beschikbaar.

ALGEMEEN ADVIES

De houdbaarheid in diepgevroren toestand verschilt

aanmerkelijk, afhankelijk van de voedselsoort.

Als u zelf invriest, adviseren wij u een boekje over «zelf

diepvriezen» te kopen.
Gekochte diepvriesprodukten moet u zo snel mogelijk

naar uw diepvriezer overbrengen en de uiterste

bewaardatum, zoals aangegeven op de verpakking,

beslist niet overschrijden.

ONDOOIEN

Rijpvorming op de binnenwanden kan niet voorkomen

worden. Rijp onstaat uit altijd aanwezige luchtvochtigheid.
Open het deksel niet onnodig en laat het zo kort mogelijk

open.

Advertising