Velleman К8028 - Handbuch (Seite 10)

10
Stand 1: 40% (LD3 licht op) - Stand 2: 60%* (LD2 licht op) - Stand 3: 75% (LD1 licht op) - Stand 4: 100% (LD1 knippert)
- Stand 5: UIT (LD4 licht op)*.
* Deze getallen zijn slechts indicatief en zijn afhankelijk van de gebruikte motor.
Als de motor stil staat (LD1 licht op), kan men met SW1 de functie van de K8028 wijzigen, indien de motor draait, is dit
niet mogelijk.
 Functie 14: Leerinstelling
De leerinstelling laat toe de tijdsduur voor DELAY1 en DELAY2 vast te leggen. Als men deze functie geselecteerd heeft
zal LD4 langzaam knipperen. Hou nu de drukknop op de print (SW1) ingedrukt, LD3 licht op ter indicatie. Bij het loslaten
van SW1 begint het registreren van de eerste tijd (DELAY1). LD2 en LD3 knipperen nu afwisselend ter indicatie dat de
registratieklok loopt. Wacht nu tot de gewenste tijd verstreken is. Druk opnieuw kort op SW1, om het registreren te
stoppen, enkel LD2 zal dan nog knipperen. Om de geregistreerde tijd te bevestigen dient U de drukknop SW1 binnen de
10 seconden na het stoppen van de registratie opnieuw in te drukken tot LD1 oplicht. De geregistreerde tijd wordt dan in
het EEPROM geheugen weggeschreven.
Indien u zich vergist had, of enkel DELAY2 wou wijzigen, laat dan 10 seconden verstrijken zonder één of andere toets te
bedienen.
Na het instellen van DELAY1 ga je op dezelfde wijze te werk voor DELAY2. Na het instellen start de laatst gekozen
functie weer op, rekening houdende met de eventueel nieuw opgeslagen vertragingstijden.
 Functie 15: Terugkeren naar de fabrieksinstellingen.
Als men deze functie selecteert zal LD1 & LD4 afwisselend knipperen. Hou SW1 (drukknop op de print) ingedrukt om de
fabrieksinstellingen te herstellen. LD1 zal gedurende een 3-tal seconden blijven oplichten terwijl de standaardwaarden
(DELAY1 = 3 min; DELAY2 = 1 min; FUNCTIE 1) naar het EEPROM geheugen weggeschreven worden. Indien U
toevallig deze instelling geselecteerd heeft kan U het schrijven overslaan door één van de bedieningsdrukknoppen die
aangesloten zijn aan de “INPUT”, even in te drukken. Na de uitvoering zal de microcontroller resetten en terug opstarten
in FUNCTIE 1.