Afstandsbediening, Plaatsen van de batterijen, Levensduur van de batterijen – Panasonic SCCH55 Benutzerhandbuch

Seite 63: Opmerkingen betreffende de batterijen

Achtung! Der Text in diesem Dokument wurde automatisch erkannt. Um das ursprüngliche Dokument anzeigen, können Sie den "ursprünglichen Modus" verwenden können.

Advertising
background image

Afstandsbediening

Plaatsen van de batterijen

1. Open het deksel.
2. Plaats de batterijen erin.

•Zorg ervoor dat de {+) en (-)

batterijpolen overeenkomen met de
aanduidingen in het batterijvak.

• Gebruik twee UM-4, “AAA” formaat

■ Levensduur van de batterijen

De levensduur van de batterijen is ongeveer
een jaar. (De levensduur kan echter varieren

afhankelijk van de veelvuldigheid van gebruik
en andere gebruiksomstandigheden.) Ver-
nieuw de batterijen \«anneer het systeem niet
meer bediend kan worden zelfs Indien de
afstandsbediening dicht bij het systeem wordt
gehouden.

■ Opmerkingen betreffende de

batterijen

•Zorg ervoor dat de batterijen zodanig worden

geplaatst dat hun (+) en (~) polen over­

eenkomen met de aanduidingen in het
batterijvak. Verkeerd geplaatste batterijen
kennen gaan lekken en de afstandsbediening
beschädigen.

•Gebruik geen oplaadbare batterijen (nikkel-

cadmium batterijen).

•Gebruik nooit oude en nieuwe batterijen of

batterijen van verschillend type (b.v. koolstof
en alkali) door elkaar.

•Wanneer u de afstandsbediening gedurende

lange tijd niet gaat gebruiken, neem dan de
batterijen eruit en bewaar deze op een koe-
le, donkere plaats.

•Neem lege batterijen zo spoedig mogelijk

eruit en lever deze in bij de bestemde a-
dressen.

• Probeer nooit de batterijen op te laden of uit

elkaar te nemen.
Sluit de batterijen niet kort, stel ze niet bloot

aan zeer hoge temperaturen en gooi ze nooit
in het vuur.

•Als een van de batterijen lekt, verwijder dan

beide batterijen en lever ze in bij de
bestemde adressen. Maak vervolgens het
batterijvak goed schoon alvorens nieuwe
batterijen te plaatsen.

Opmerkingen betreffende het gebruik van de afstandsbediening

Gebruik de afstandsbediening bin­
nen een afstand van 6 meter vanaf

de voorkant van het apparaat.

Voorkant

6 meter

Houd de afstandsbediening naar
de afstandssignaal-ontvanger van
het systeem gericht. i |

(Vermijd hindernissen.)

Zorg ervoor dat de signalenzender van de afstand­
sbediening en de signalenontvanger van het sys­
teem vri] zijn van Stof.

Te veel stof kan de signaaloverdracht belemmeren.

Stof vermijden.

Andere opmerkingen

1. Stel de ontvanger (op het systeem) niet

bloot aan direct zonlicht of ander sterk
licht, aangezien dit foutieve werking kan
veroorzaken.

Gebruik de afstandsbediening van een
TV, Videorecorder of ander video-appa-
raat niet terwijl deze afstandsbediening
wordt gebruikt, aangezien dit foutieve
werking kan veroorzaken.

3. Als dit systeem is opgesteld in een rek

met glazen deuren, kan het—afhankelijk

van de dikte of kleur van de glazen
deuren—noodzakelijk zijn de afstands­

bediening op kortere afstand van het
systeem te gebruiken.

63

Advertising