Crivit LM-1419 - Handbuch (Seite 38)

Licht briesje
1 Bft; 0,9-5,5 km/h; 0,6-3,0 knopen
– Rook van schoorstenen beweegt zich
– Licht bewegend wateroppervlak
– Alleen geschikt voor extra lichte vliegers
Lichte wind
2 Bft; 5,6-12,1 km/h; 3,1-6,5 knopen
– Bladeren ritselen, men voelt de wind op de huid
– Kleine kam-achtige golven
– Goede winden voor ervaren piloten
Zachte wind
3 Bft; 12,2-19,6 km/h; 6,6-10,5 knopen
– Kleine takken bewegen
– Grotere kam-achtige golven, die beginnen te breken
– Goede winden voor beginners
Matige wind
4 Bft; 19,7-28,5 km/h; 10,6-15,5 knopen
– Takken bewegen
– Kleine golven, sommige met schuimkoppen
– Beter voor middelgrote vliegers
Frisse Wind
5 Bft; 28,6-38,8 km/h; 15,6-20,9 knopen
– Kleine bomen en grote takken bewegen
– Matige golven, veel schuimkoppen
– Grote vliegers kunnen beschadigd raken
Sterke wind
6 Bft; 38,9-49,8 km/h; 21,0-26,9 knopen
– Grote takken bewegen, de wind ruist
– Grote golven
– Limiet voor alle stijve vliegers
Storm (de matrasvlieger is niet geschikt voor deze
omstandigheden)
7 Bft; 49,9-61,8 km/h; 27,0-33,3 knopen
– Bomen bewegen
– Grote golven, sterke vorming van schuimkoppen
– Alleen powerkites met ervaren piloten
Onderhoud / reiniging / opbergen
Controleer de matrasvlieger en de vlieglijnen regelmatig op beschadigin-
gen en gebruik de matrasvlieger pas dan weer, wanneer de defecten zijn
verholpen. Verwijder vuil met een vochtige spons. Gebruik geen agressie-
ve reinigingsmiddelen. De droge matrasvlieger dient u op een droge en
donkere plek op te bergen.
38