Differentieel transport – Silvercrest SON 90 A1 Benutzerhandbuch

Seite 127

Advertising
background image

- 125 -

Differentieel transport

Wijze van functioneren

De machine beschikt over twee sets van transporteurs met tandstangen, één
aan de voorzijde en één aan de achterzijde. Deze beide sets bewegen
onafhankelijk van elkaar. Door het differentieel transport kunnen de beide
sets tandstangen met verschillende snelheden bewegen.

Daardoor wordt het naaigoed gerekt of opgenomen, naar gelang, welk
transportverschil is ingesteld tussen de voorste en de achterste vooruit
stuwende tandstangen.

Met behulp van het differentieel transport kunnen interessante effecten
worden bereikt bij het naaien van overlock-naden aan stretchmaterialen
en schuin gesneden textiel (afb. 43).

Opmerking:

als de hendel voor het differentieel transport 9 op „1.0“ staat, komt dat
overeen met een differentieel transport-verhouding van 1:1. Beide vooruit
stuwende tandstangen bewegen even snel (afb. 42).
De hendel voor het differentieel transport 9 kan worden ingesteld in een
bereik van 1:0,7 tot 1:2,0.

Opgenomen overlocknaad - instellingen

De opgenomen overlocknaad is geschikt voor het plooien van mouwen,
rug-bovenstukken, rokzomen etc. uit elastische materialen, zoals breisels
en jersey. Zij moet voor het aan elkaar naaien van de afzonderlijke delen
worden aangebracht.

• Zet de hendel voor differentieel transport 9 op een hogere waarde dan

1,0 (afb. 44). De juiste instelling is afhankelijk van de te verwerken
stof en van de gewenste plooiing.
Maak daarom altijd een testnaad, om de instellingen te testen.

Uitgerekte overlocknaad - instellingen

De uitgerekt overlocknaad is geschikt voor golfeffecten aan sierkragen,
mouwen en rokzomen etc. bij zachte, rekbare weefsels en bij breisels.

• Zet de hendel voor differentieel transport 9 op een lagere waarde

dan 1,0 (afb. 45). De juiste instelling is afhankelijk van de te verwerken
stof en van de sterkte van het gewenste "golfeffect".Maak daarom altijd
een testnaad, om de instellingen te testen.

• Houd de naad voor en achter het naaivoetje a licht vast, om het textiel

op spanning te houden.

Opmerking:

als u aan het instelwiel voor de steeklengte 5 een waarde van „3“ of
hoger heeft ingesteld, dan wordt deze instelling automatisch terug op „3“
gezet, als u de hendel voor differentieel transport 9 op 2.0 instelt.

Afb. 42

Afb. 43

Afb. 44

Afb. 45

IB_64780_SON 90 A1_LB1 09.03.2011 11:14 Uhr Seite 125

Advertising