Sony DSC-R1 - Handbuch (Seite 199)

NL
53
D
e
c
a
m
e
ra
ler
en ge
br
uik
en
Kies de momenten dat de flitser afgaat.
1 Maak het
(Setup)-scherm zichtbaar (blz. 31).
2 Kies
( Camera 2 ) door de menubesturingsknop naar
v/V te bewegen, kies daarna
[Flitsersync.] door naar
B/v/V te bewegen.
3 Kies de gewenste functie door naar B/v/V te bewegen, druk daarna het midden van de
menubesturingsknop in.
z Opnametechnieken
Door goed gebruik van flitslicht kunt u uw fotografische mogelijkheden uitbreiden.
Met de instelling van de flitsfunctie op (Altijd flitsen) of (Altijd flitsen met
vermindering van het rode-ogeneffect), kunt u van een onderwerp met tegenlicht
een heldere opname maken. Het is ook mogelijk om de weerkaatsing van het
flitslicht in het oog van het onderwerp vast te leggen.
Met de instelling van de flitsfunctie op (Automatisch) of (Automatisch met
vermindering van het rode-ogeneffect), kan de flitser, tegen uw bedoeling in,
afgaan. In zulke gevallen moet u de flitsfunctie in de stand (Niet flitsen) zetten en
de sluitertijd wordt automatisch langer. Dit is handig als u een foto wilt maken van
het lichtspoor van autolichten, lichtspectrum of zonsondergang. Wij raden u aan om
een statief te gebruiken om het bewegen van de camera te vermijden.
De stand (Langzame synchro) of (Langzame synchro met vermindering
van het rode-ogeneffect) is handig als u een opname maakt van een persoon bij
zonsondergang of iets dergelijks. De persoon komt helder in beeld door gebruik van
flitslicht en de achtergrond door gebruik van een langere sluitertijd. Als het niet
mogelijk is een heldere opname te maken met een langere sluitertijd, zal de camera
automatisch de ISO-waarde verhogen. Wij raden u aan om een statief te gebruiken
om het bewegen van de camera te vermijden.
Flitslichtsynchronisatie gebruiken P S A M
Voor Achter
Menubesturingsknop
MENU-toets
2