Teac AD-RW900-B - Handbuch (Seite 121)

121
NE
D
ER
LA
ND
S
Deze functie kan worden gebruikt in CD- en USB-modi
Er kunnen maximaal 30 tracks/bestanden worden geprogrammeerd
in de gewenste volgorde.
1
Druk als afspelen is gestopt op de toets PROGRAM om de
programmeermodus te activeren.
“PROGRAM” knippert en “P­01” verschijnt in de display.
Voorbeeld in CD­modus
< Druk op de toets CD/USB Stop (H ) om programmeren te
stoppen.
2
(bij het programmeren van een audio-CD)
Bladeren om naar de volgende stap te gaan 3 .
(bij het programmeren van MP3-bestanden)
Gebruik de CD/USB-bladertoetsen (. of /) of
FOLDER-toetsen ( of ) om een bestand te kiezen en
druk vervolgens op de toets PROGRAM.
< MP3­bestanden die zich niet in een specifieke map bevinden
staan in de map “001” (ROOT).
< Geprogrammeerd afspelen kan niet worden gebruikt met niet
gefinaliseerde discs.
Geprogrammeerd afspelen (1)
3
Druk op een CD/USB-toets (. of /) om een track/
bestand te kiezen en druk vervolgens op de toets
PROGRAM.
De track/het bestand is geprogrammeerd en “P­02” wordt
weergegeven.
< Herhaal de stappen 2 en 3 om meer tracks/bestanden te
programmeren.
< U kunt maximaal 30 tracks/bestanden programmeren.
< Druk op de toets CD/USB Stop (H ) om programmeren te
stoppen. Het programmeren wordt geannuleerd, maar de
programmainhoud blijft bewaard in het geheugen. Druk op de
toets PROGRAM en vervolgens op de toets CD/USB Afspelen/
Pauze (t/J) als u geprogrammeerd afspelen opnieuw wilt
starten.
4
Als de selectie van track-/bestandsnummers is voltooid,
druk dan op de toets CD/USB Afspelen/Pauze (t/J) om
geprogrammeerd afspelen te starten.
Druk op de toets CD/USB Stop (H ) om geprogrammeerd
afspelen te stoppen.
< Nadat geprogrammeerd afspelen is voltooid kunt u op de toets
CD/USB Afspelen/Pauze (t/J) drukken om het programma
opnieuw af te spelen.
< U kunt de CD/USB­bladertoetsen (. of /) tijdens
geprogrammeerd afspelen gebruiken om andere tracks/
bestanden in het programma te selecteren.
< Tijdens geprogrammeerd afspelen werkt de functie Willekeurig
afspelen niet.
< “REPE AT 1” en “REPE AT ALL” zijn mo gelijk tijdens
geprogrammeerd afspelen. Als de modus “REPEAT ALL” is
ingesteld worden de geprogrammeerde tracks/bestanden
herhaald afgespeeld.