Ab c, Tension des fils, Fadenspannung – Brother PS-53 55 57 Benutzerhandbuch

Seite 57: Draadspanning

Advertising
background image

46

KENNENLERNEN IHRER MASCHINE

CONNAITRE SA MACHINE A COUDRE

DE NAAIMACHINE

4

3

5 ~

~

4

3

5 ~

~

1

2

3

4

1

2

3

4

5

1

2

3

4

6

Tension des fils

La tension des fils affecte la qualité des points. Vous devrez parfois la
régler lors du changement de tissu ou de type de fil.

REMARQUE:
Il est conseillé de toujours effectuer une couture d'essai sur une chute de
tissu avant de coudre sur l'ouvrage proprement dit.

Mauvais réglages possibles et leurs conséquences

Le fil supérieur est trop tendu. (Fig. A)
Des boucles se forment à l'endroit du tissu.

<Solution>
Diminuer la tension en tournant le disque vers un nombre inférieur.

Le fil supérieur est trop lâche. (Fig. B)
Des boucles se forment à l'envers du tissu.

<Solution>
Augmenter la tension en tournant le disque vers un nombre supé-
rieur.

Tension correcte (Fig. C)
Il est essentiel de procéder à un réglage correct de la tension des fils
pour avoir des coutures solides sans que le tissu ne fronce.

1 Endroit
2 Envers
3 Fil supérieur
4 Fil de canette
5 Des boucles apparaissent sur l’endroit du tissu
6 Des boucles apparaissent sur l’envers du tissu

A

B

C

Fadenspannung

Die Fadenspannung beeinflußt die Qualität Ihrer Stiche. Die Span-
nung muß ggf. eingestellt werden, wenn Sie einen anderen Stoff
oder anderen Faden benutzen.

HINWEIS:
Es wird empfohlen, zum Test einen Stoffrest zu nähen, bevor Sie
Ihr Vorhaben beginnen.

Mögliche Fehleinstellungen und deren Ergebnisse.

Oberfadenspannung ist zu hoch. (Abb. A)
Die obere Stoffbahn wellt sich.

<Lösung>
Verringern Sie die Spannung, indem Sie die Oberfaden-
spannung auf eine niedrigere Zahl stellen.

Oberfadenspannung ist zu niedrig. (Abb. B)
Die untere Stoffbahn wellt sich.

<Lösung>
Erhöhen Sie die Spannung, indem Sie die Oberfadenspannung
auf eine höhere Zahl stellen.

Korrekte Spannung (Abb. C)
Die richtige Fadenspannung ist sehr wichtig, da zu geringe

oder zu hohe Spannung

Ihre Nähte zu locker werden läßt,

oder Wellen in den Stoff näht.

1 Oberseite
2 Unterseite
3 Oberfaden
4 Unterfaden
5 Schlingen sind an der Vorderseite des Stoffes sichtbar
6 Schlingen sind an der Rückseite des Stoffes sichtbar

Draadspanning

De draadspanning is van invloed op de kwaliteit van de steken die u
maakt. U zult haar eventueel moeten aanpassen wanneer u een
andere stof of draadsoort gaat gebruiken.

LET OP:
We raden u aan een proeflapje te naaien voordat u met het echte werk
begint.

Mogelijke verkeerde instellingen en gevolg.

Bovenspanning is te groot. (Fig. A)
Er verschijnen lusjes aan de bovenkant van de stof.

<Oplossen>
Verklein de spanning door de bovenspanningsknop op een
lager nummer te zetten.

Bovenspanning is te klein. (Fig. B)
Er verschijnen lusjes aan de onderkant van de stof.

<Oplossen>

Verhoog de spanning door de bovenspanningsknop op een
hoger nummer te zetten.

Juiste spanning (Fig. C)

Het is belangrijk de juiste spanning te hebben, omdat u bij te

veel of te weinig spanning losse naden krijgt of de stof gaat
rimpelen.

1 Bovenkant
2 Onderkant
3 Bovendraad
4 Onderdraad
5 Er verschijnen plukjes op de voorkan van de sof
6 Er verschijnen plukjes op de achterkant van de stof

Advertising
Dieses Handbuch ist für die folgenden Produkte bezogen werden: