Pioneer CT-W806DR - Handbuch (Seite 56)

COMANDI E DISPOSITIVI DEL PANNELLO ANTERIORE BEDIENINGSORGANEN OP HET VOORPANEEL
La copia digitale TDNS può non dare risultati con un nastro
originale nel quale il rumore fra un brano e l'altro ed il segnale
musicale sono difficilmente distinguibili. In tali casi usare il
sistema di copia a velocità normale o ad alta velocità.
MODALITÀ DI INVERSIONE (REV MODE)
Vi sono tre posizioni:
Posizione ZI : modalità unidirezionale
In questa modalità, selezionata agendo sul tasto REV MODE, la
riproduzione o registrazione vengono effettuate su un solo lato
del nastro. Alla fine del lato del nastro, l'apparecchio si arresta
automaticamente (funzione di arresto automatico).
Posizione zz): modalità di inversione
In questa modalità, selezionata agendo sul tasto REV MODE, la riproduzione
0 registrazione vengono effettuate su entrambi i lati del nastro. Quando il
nastro giunge alla fine del primo lato (quello anteriore) la sua direzione di
scorrimento viene automaticamente invertita e la riproduzione o
registrazione continua sull'altro lato (lato posteriore). Alla fine dal lato
posteriore del nastro, il registratore si arresta automaticamente (funzione
di arresto automatico). Se però la riproduzione o la registrazione vengono
avviate dal lato posteriore, la direzione di scorrimento dei nastro non si
inverte ed il registratore si ferma alla fine del lato.
Posizione CZ3 : modalità di ripetizione delia riproduzione
(RELAY/SKIP)
[Se un nastro è inserito nel DECK I o nel DECK II]
Entrambi i lati del nastro vengono riprodotti ripetutamente utilizzando
il sistema di inversione automatica. Quando 16 lati del nastro sono stati
riprodotti, l'apparecchio interrompe automaticamente la riproduzione.
La registrazione viene eseguita come per la modalità a due direzioni.
[Se un nastro è inserito in entrambi i DECK I e II]
Per la riproduzione viene utilizzata la modalità di riproduzione
continua (vedi pag. 70).
SISTEMA DIGITALE "FLEX"
• Sistema DIGITAL FLEX; Erequency Level Expander (sistema
di Espansione del livello della frequenza, denominato d'ora
in poi semplicemente "FLEX").
Questo sistema nel corso della riproduzione compensa
automaticamente il bilanciamento delle alte e basse frequenze
al di sopra di 1 kHz seguendo la curva 1/f. In generale, la linea
di inviluppo della distribuzione dell'energia di suoni Hi-Fi
corrisponde statisticamente alla curva 1/f. La curva 1/f indica
che se la frequenza raddoppia, il livello diminuisce della metà.
• Durante la riproduzione, il sistema FLEX compensa auto­
maticamente i nastri il cui suono è di qualità scadente a frequenze
da e oltre 1 kHz sulla base delle caratteristiche considerate
acusticamente desiderabili. Il sistema FLEX è stato studiato per
migliorare di fino a 10 dB (max.) circa la riproduzione delle alte
frequenze nella gamma da 10 kHz, particolarmente per nastri con
chiarezza del suono e presenza scadenti alle alte frequenze. Se il
suono della riproduzione coincide con la curva
1 /f, il sistema FLEX
disattiva automaticamente la compensazione del suono.
• Se si preme il tasto FLEX per attivare il sistema FLEX e si inizia
la riproduzione, l'indicatore FLEX lampeggia e la com­
pensazione ha inizio. La compensazione stessa richiede circa
3~5 secondi, con variazioni dovute al particolare tipo di musica.
L'indicazione lampeggia durante la procedura di compen­
sazione, e rimane poi acceso al termine della stessa.
• Se il sistema FLEX viene attivato, ciascun brano viene automaticamente
regolato nel corso della riproduzione. Lo stato di funzionamento del sistema
viene indicato dall'accensione o spegnimento dell'indicatore FLEX.
NOTA:
Se un nastro è stato registrato con le alte frequenze a livelli
superiori a quelli raggiungibili dal sistema di compensazione, il
sistema FLEX viene automaticamente disattivatCL
56
<RRD1212>
It/Du
Het is mogelijk dat het TDNS systeem niet goed werkt wanneer bi] de
origínele cassette de ruis tussen de muziekstukken niet goed
onderscheidbaar is van het muzieksignaal zelf. In dit geval verdient
het aanbeveling de cassette met normale of hoge snelheid te kopièren.
OMKEERFUNKTIESCHAKELAAR (REV MODE)
Deze schakelaar heeft drie standen;
Stand voor weergave van slechts één kant zi
Als de REV MODE schakelaar in deze stand Staat, wordt slechts
één kant van de cassette opgenomen of weergegeven. Het deck
schakelt in de stopfunktie (automatische stopfunktie) Indien het
eind van deze kant wordt bereikt.
Stand voor weergave van beide kanten van een cassette zzd
Als de REV MODE schakelaar in deze stand Staat, worden beide
kanten van de cassette opgenomen of weergegeven. De richting
wordt automatisch omgedraaid indien het eind van de eerste
afgespeelde of opgenomen kant wordt bereikt. De opname of
weergave wordt automatisch met de andere kant voortgezet. Het
deck schakelt in de stopfunktie Indien het eind van de tweede kant
is bereikt (automatische stopfunktie). Indien de weergave of
opname wordt gestart met de tegengestelde kant, stopt de werking
zodra het eind van deze kant wordt bereikt.
Stand voor het herhalen co (RELAY/SKIP)
[Met een cassette in DECK I of II geplaatst]
Beide kanten van een cassette worden herhaald weergegeven
met het auto-reverse systeem. Nadat ledere kant van de cas­
sette 16 keer is weergegeven, wordt het deck automatisch in
de stopfunktie geschakeld.
Opname wordt op beide kanten uitgevoerd.
[Met cassettes in DECK I en II geplaatst]
De
cassettes worden achtereenvolgend weergegeven
(relaisweergave) (zie biz. 70).
DIGITAAL FLEX SYSTEEM
• FLEX is de afkorting voor Frequency Level Expander (systeem
voor verbreding van het frekwentieniveau).
Dit systeem kompenseert automatisch de balans van het hoge
en läge frekwentieniveau boven de
1 kHz in overeenstemming
met de 1/f curve tijdens weergave. Over het algemeen komt de
geluidsenergieverdeling van Hi-Fi geluid statistisch overeen
met de
1 /f curve.
De 1/f curve duldt aan dat indien de frekwentie verdubbelt, het
niveau ca. de helft van het origínele frekwentieniveau vermindert.
• Tijdens weergave kompenseert het FLEX systeem automatisch
op basis van de juiste audiokarakteristieken de hoge tonen van
1 kHz en hoger van een cassette met inferieure geluidskwaliteit.
Het FLEX systeem is ontworpen om de reproduktie van de hoge
frekwenties van 10 kHz tot ca. 10 dB (max.) te verbeteren. Dit is
vooral van belang voor cassettes waarvan de geluidskwaliteit
siecht is en de hoge frekwenties zwak zijn. Indien het geluid
overeenkomt met de 1 /f curve, wordt de kompensatie met het
FLEX systeem automatisch uitgeschakeld.
• De FLEX Indikator knippert en de kompensatie wordt auto­
matisch gemaakt indien u op de FLEX toets drukt en met de
weergavetoets de weergave start.
Afhankelijk van de bron Is na ca. 3~5 sekonden de instelling
gemaakt en licht de hiervoor knipperende Indikator kontinu op.
• Tijdens weergave wordt voor ieder fragment gekompenseerd indien
het FLEX systeem is geaktiveerd. De status van het systeem wordt
getoond door een knipperende of kontinu opgelichte FLEX Indikator.
OPMERKING:
Het FLEX systeem wordt automatisch uitgeschakeld indien een
cassette wordt weergegeven, die is opgenomen met een hoog
frekwentieniveau dat boven de kompensatiegrens ligt.